Peter van Breugel: Niet alleen een goede boekhouding, maar ook het voortbestaan van De Maatschappij waarborgen.

Maak kennis met Peter van Breugel, directeur bij Brayn Graphic & Marketing en nu onze nieuwe penningmeester en verantwoordelijk voor de financiën binnen De Maatschappij. Peter was eerder jarenlang succesvol als voorzitter van departement Eemland. Zijn visie op de rol van De Maatschappij en hoe hij het voortbestaan van het oudste netwerk van Nederland gaat waarborgen lees je in dit interview!

Wanneer ben je lid geworden?

Al sinds 1995 ben ik lid van De Maatschappij. Destijds in mijn rol als directeur bij Reproka Amersfoort, een bekende drukkerij in onze regio. In 2011 werd ik voorzitter van departement Eemland. Toen een statige club notabelen die ieder jaar een nieuwjaarsdiner met kaasbuffet vooraf organiseerde. Ja, dat was in die tijd.

Waarom ben je destijds voorzitter van Eemland geworden?

We vroegen ons af hoe we verjonging kregen in de club. Ik was helder in mijn visie daarop. Er was toen duidelijk een ‘gap’. De ‘Digital Natives’ kwamen de markt op en De Maatschappij was daar niet op voorbereid. Het jaarlijkse nieuwsjaarsdiner was geen succes en geen visitekaartje. Tijdens mijn aanstelling heb ik besloten daarmee te stoppen en kwam met een alternatief genaamd: ’Spring in De Maatschappij‘. We besloten om de lente te gaan vieren. Iedereen, ook introducees, waren welkom. We boden interessante content ‘Funspiratie’ wat ergens over ging. Ook introduceerde we de Lef! Prijs voor ondernemers en een prijs voor mensen van de overheid en het onderwijs. Met een onafhankelijke jury bestaande uit drie personen, de Burgemeester van de Gemeente waar het event georganiseerd werd, één vast jurylid van de Maatschappij die de controle hield en de winnaar van het voorgaande jaar. Dit concept is landelijk overgenomen door meerdere Departementen en loopt nog steeds.

Hoe ben je penningmeester geworden?

De plek was vacant geworden omdat Martijn Visser zijn termijn afliep. Hans van der Eerden vroeg mij speels voor deze rol. Heet hangijzer is de nieuwe inrichting van de afdrachten en er moet wat gebeuren en dat zag ik wel als een mooie uitdaging.

Wat zijn de knelpunten volgens jou?

Dat zijn er een aantal. De wereld verandert en je moet meebewegen als De Maatschappij met de maatschappij. De manier waarop besluiten genomen worden duurt nu te lang door de inrichting met autonome departementen. Statutair moeten we naar een ander concept. Als landelijk bestuur moet je bijvoorbeeld een campagne kunnen opzetten ter bevordering van de naamsbekendheid. Dit zou je eigenlijk moeten inrichten volgens het McDonald’s principe. Je neemt als departement de campagne over anders mag je de beschermde naam niet dragen. 

Waar kijk je naar uit om op te pakken?

Dit jaar zal, bij wijze van een try-out, de afdracht veranderen, zodat departementen met hun eigen contributie leukere events kunnen gaan organiseren. Ik kijk er naar uit dat meer mensen gaan aanhaken die ook bij deze geweldige club willen gaan horen. 

Daarbij bedoel ik dat we mensen aantrekken die de inhoud van onze events aanspreken. We zijn bezig bijvoorbeeld met Robbert Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Het zou fantastisch zijn als we het voor elkaar krijgen als hij komt. En we zijn nu ook in gesprek met Marc van den Tweel, algemeen directeur van NOC*NSF en verantwoordelijk voor de Olympische spelen. Met topsport gaan we een nieuwe weg in!